woensdag 28 oktober 2015

Bloed, zweet en soms ook tranen

Hallo allemaal

De tijd van bloed, zweet en soms ook tranen is weer aangebroken: het maken van een heleboel lesvoorbereidingen. Uiteraard ben ik al dat harde werk vergeten als ik voor de klas sta, maar het werk vooraf vreet toch wel aan me. Morgen wordt het startschot echt gegeven, want dan heb ik mijn eerste lesobservaties.
 
Voor mijn stageperiode in november sta ik in het vierde middelbaar TSO, zowel voor economie als voor Frans. Ik vind het best wel een spannende ervaring, aangezien ik alleen nog maar in de tweede graad stond in het beroepsonderwijs. Ik ben dan ook heel erg benieuwd naar de eerste kennismaking met mijn stageklassen. Hierna worden de lesonderwerpen gegeven en kan het kopiëren van de pagina’s uit de handboeken beginnen. Vrijdagmiddag kan ik echt aan de slag door eerst een brainstorm te maken wat ik wil zien in die bepaalde les met al een eerste opsomming van mogelijke werkvormen. Dit geeft me een houvast tijdens de eigenlijke uitwerking van de lesvoorbereiding.
Ik hoop dat er een heleboel creatieve ideeën in me opborrelen tijdens de komende weken en dat ik deze kan integreren in mijn lessen. Verder wil ik natuurlijk met veel overgave mijn sterke punten in de verf zetten en tonen dat ik werk aan mijn ‘zwakheden’. En uiteraard niet te vergeten, wil ik ook mijn lessen op een inhoudelijk correcte manier overbrengen aan de leerlingen.
Tot snel!

Groetjes Caroline

Geraadpleegde bron:

maandag 26 oktober 2015

Wijs omgaan met media

Hallo allemaal

In mijn vorige post heb ik al aangehaald dat de volgende over het wijs omgaan met media zou gaan. Media heeft verschillende mogelijkheden en heel wat toepassingen om educatief ervan gebruik te maken in de klas. Er schuilen echter ook heel wat gevaren achter, waarvoor we onze doelgroep moeten waarschuwen. Hoe ouder het kind wordt, hoe groter en belangrijker de digitale wereld voor de jongeren wordt. Ouders zijn ook een belangrijke schakel in dit proces en kunnen ingezet worden in de begeleiding van hun kinderen wanneer ze gaan surfen op het internet. Bovendien gaan de ontwikkelingen op het gebied hiervan zo snel dat ouders vaak niet meer weten wat hun kind doet en meemaakt op het wereldwijde web.

Eerst en vooral moeten we de leerlingen goed begeleiden wanneer ze de eerste keer gaan surfen op het internet om te verzekeren dat ze enkele basisprincipes kennen. Bij deze eerste kennismaking is het naar mijn mening aangeraden dat ook ouders of leerkrachten hier een oogje in het zeil houden. Hierbij denk ik dan aan het inloggen op een educatieve website of het aanmaken van een account op sociale media. Het is vooral belangrijk dat de leerlingen weten wat ze aan het doen zijn en begrijpen dat alles op het internet ‘plakt’ (het kan niet even snel verwijderd worden). Om ouders beter te kunnen begeleiden heeft het Vlaams Kenniscentrum voor Mediawijsheid geld vrijgemaakt voor de ontwikkeling van een online platform over mediaopvoeding voor ouders. Dit project is opgedeeld in drie grote kernen: een eerste luik over mediawijs opgroeien in het algemeen, de specifieke problematiek van cyberpesten en een derde luik over videogames en hoe ouders kunnen omgaan met gamen.
Persoonlijk denk ik dat het tweede luik een belangrijk aspect kan zijn om als leerkracht in het secundair onderwijs aandacht aan te besteden. Men heeft immers kunnen vaststellen dat hoewel de meeste tieners de nieuwe technologieën op een positieve manier gebruiken voor hun schoolwerk of voor sociale contacten, er toch ook een kleine groep is dewelke emotioneel gekwetst wordt door hun leeftijdsgenoten. Vroeger bleef het pesten beperkt tot op het schooldomein, maar nu wordt het omvangrijker en kan het het slachtoffer achtervolgen tot ver buiten de schoolmuren. Cyberpesten is volgens de geraadpleegde bron een vorm van pesten waarbij er gebruik wordt gemaakt van internet of mobiele telefonie. Deze worden dan gebruikt om kwetsende boodschappen naar iemand te versturen of om kwetsende dingen (bijvoorbeeld foto’s) over iemand te verspreiden. Ondanks dat we vaak denken dat alleen maar internet onder de noemer van cyberpesten wordt geplaatst, is ook de gsm een middel dat door de pesters kan gehanteerd worden. Het is ook belangrijk om te weten dat de term cyberpesten pas gehanteerd wordt wanneer beide partijen jongeren zijn. Ook spreekt men pas van pesten als de handeling herhaaldelijk optreedt en niet eenmalig.
Nuttig om te vermelden, is dat als een volwassen persoon een jongere probeert te manipuleren of te dwingen tot seksuele handelingen door gebruik van het internet dat dit niet onder de noemer van cyberpesten wordt geplaatst. Toch kan het cyberpesten een aanleiding zijn tot misbruik door volwassenen, omdat beide elementen vaak met elkaar verweven zijn.
 
Uit een grootschalig onderzoek in Vlaanderen is gebleken dat ongeveer één op tien jongeren in het recente verleden te maken heeft gekregen met cyberpesten. Met deze harde realiteit wil ik aan de slag en als leerkracht een verschil proberen te betekenen voor mijn leerlingen die te maken hebben (gehad) met cyberpesten. Zowel het slachtoffer als de pester dienen ondersteund te worden in dit proces. Enerzijds wil ik mijn leerlingen duidelijk maken dat ze goed hun privacyinstellingen moeten bewaken om te verhinderen dat ze ongewenst in contact komen met vreemden. Verder wil ik ook al mijn leerlingen duidelijk maken dat ze moeten opletten met het doorgeven van vertrouwelijke informatie aan personen die ze minder goed kennen. Anderzijds wil ik ook een gesprek aangaan met de partijen om zo een manier te vinden om hen opnieuw te verzoenen. Helaas heeft deze problematiek zo’n prominente plaats gekregen in onze maatschappij dat er naar mijn mening meer nodig is dan alleen te werken met de klasgroep. Bijgevolg ben ik ervan overtuigd dat het nuttig kan zijn om een workshop te organiseren hieromtrent voor alle leerlingen, zodat dit ook makkelijker bespreekbaar wordt voor hen.  
 
Dit kort filmfragment kan dienen als een korte inleiding om de problematiek bespreekbaar te maken in de klas.
Tot snel!
Groetjes Caroline

Geraadpleegde bronnen:

woensdag 21 oktober 2015

Media + wijsheid = mediawijsheid

Zouden wij ons ooit kunnen voorstellen dat we geen internet hebben? Zouden we ooit nog kunnen functioneren zonder onze smartphone? Zouden we ooit het begrip media buiten beschouwing kunnen laten in onze woordenschat?
Internet is vandaag de dag niet meer weg te denken uit onze maatschappij. De meesten onder ons beschikken hierover, zelfs jonge kinderen. Zo is het ook een normale zaak dat je een smartphone hebt, zelfs al ben je nog maar net 12 jaar. De wereld verandert heel snel, net als de opinie over het gebruik van internet in ons dagelijkse leven. Het is zo ingeburgerd dat we het als vanzelfsprekend beschouwen, maar dit was helemaal niet het geval in de jaren negentig. Ondanks dat we bijna niet meer zonder kunnen functioneren in ons dagelijkse leven, bestaat het internet maar sinds 1983.
 
Alles rondom ons verandert heel snel, net als het idee rond het gebruik van nieuwe media. Zo is deze nieuwe media in het onderwijs vaak ook voer voor een discussie. Toch is omgaan met verschillende soorten media wel een beleidsthema van de overheid en wordt het onder de gemeenschappelijke term ‘MEDIAWIJSHEID’ geplakt. De website Media van de Vlaamse overheid geeft volgende definitie weer op hun website: 'Mediawijsheid is het geheel van kennis, vaardigheden en attitudes waarmee burgers zich bewust en kritisch kunnen bewegen in een complexe, veranderende en gemediatiseerde wereld. Het is het vermogen tot een actief en creatief mediagebruik dat gericht is op maatschappelijke participatie.’ Wanneer je deze reflectieve, analytische en technische houding aanneemt om naar media te kijken, met het beoogde doel om goed te functioneren in onze samenleving, zal je veel voordelen ondervinden. Omdat de verschillende partners dit zo belangrijk vinden, worden de subsidies jaarlijks ook goed geïnvesteerd in tal van projecten en campagnes.
Omdat het een principe is van levenslang leren en er heel wat evoluties plaatsvinden, is niet iedereen even enthousiast over deze belangrijke competentie. De ene leerkracht zal niet echt te vinden zijn voor vernieuwingen en liever zweren bij het traditionele gebruik van het krijtbord. Dit terwijl anderen dit ongetwijfeld wel zien als een enorme verrijking van hun lessen en de technologische evolutie willen integreren in hun lessen. Ik behoor zonder twijfel tot deze laatste groep leerkrachten, mede dankzij mijn opleiding denk ik. Ik vind het een enorme aanwinst om nieuwe media te gebruiken in mijn lessen en zo te kunnen differentiëren naar verschillende manieren van de verwerking van de leerstof. Sommige leerlingen zullen efficiënter leren als de leerkracht op de klassieke manier lesgeeft, anderen door de leerstof te behandelen aan de hand van een onderwijsleergesprek maar nog anderen zullen deze nieuwe media zien als de beste manier van leren.
Als jonge leerkracht, en ook leerkrachten die meewillen met deze nieuwe ontwikkelingen, is het belangrijk om niet té veel te willen integreren in één les. Met die reden probeer ik op regelmatige basis één tool in mijn lessen te verwerken, die ook degelijk de leerinhoud ondersteunt. Zo vind ik het ook zeker interessant om via digitaal leren games in te zetten in mijn lessen economie. Hiermee kan er ook heel wat leerinhoud verwerkt worden, maar dit dan op een speelsere manier. In de lijn hiervan kan men ook apps integreren in de lessen. In het kader van een taal (Frans) gaat dit voornamelijk over het oefenen van woordenschat en spraakkunst.
Persoonlijk vind ik het principe van ‘flipping the classroom’ een heel interessant onderwerp, wat ook makkelijk toegankelijk is voor iedereen. Via deze weg ga je je leerlingen de instructies thuis laten bekijken om dan de les nadien de opdrachten in de klas te behandelen. Ik vind dit vooral een interessante werkvorm, aangezien je als leraar zo beter individueel de leerling kan begeleiden, maar ook kan  differentiëren naargelang tempo. Ik zou graag in de stageperiode van november dit principe uittesten tijdens één van mijn stagelessen. Als ik dit heb kunnen realiseren, zal ik jullie hierover uiteraard uitgebreid op de hoogte brengen.  
 
Volgende post ga ik jullie iets meer vertellen over het wijs omgaan met media. Niet alles wat voor ons vanzelfsprekend lijkt, is dit ook voor jongeren. Daar het toch wel om een belangrijke attitude is die moet ontwikkeld worden bij hen, zal die blogpost uitsluitend gaan over ‘het wijs omspringen met media’.
Tot snel!
 
Groetjes Caroline

Geraadpleegde bronnen:

maandag 19 oktober 2015

Il faut battre le fer pedant qu'il est chaud


Hallo iedereen !

Welkom op Il faut battre le fer pendant qu’il est chaud !

Ik ben Caroline en volg de lerarenopleiding secundair onderwijs, voor de onderwijsvakken economie en Frans, te Vorselaar. Naar aanleiding van een opdracht voor het vak 'Educatieve Media' houd ik gedurende dit semester een blog bij. Dit vind ik best wel spannend, aangezien dit een nieuwe ervaring is voor mij.

Op mijn blog zullen jullie zowel berichten terugvinden rond mediawijsheid alsook berichten over mijn interesses. Zeker de moeite dus om mijn blog nog eens te bezoeken in de nabije toekomst!

Deze blog gaat over de naam die ik mijn pagina heb gegeven, namelijk Il faut battre le fer pendant qu'il est chaud.

 



Ik heb dit citaat gelezen in ons boekje woordenschat dat we dienen te kennen voor onze opleiding. Het is eigenlijk een vertaling van het Nederlandstalig spreekwoord ‘Men moet het ijzer smeden als het heet is’, wat betekent: ‘Als je het juiste moment herkent, moet je het meteen benutten'. Dit Franstalig spreekwoord sprong me direct in het oog bij het studeren en heeft sindsdien een belangrijke plaats gekregen in mijn visie omtrent het leven. Het is nu een beetje mijn levensmotto geworden en een manier van denken die ik het laatste jaar van mijn lerarenopleiding toch probeer toe te passen.  

 
Nu weten jullie waar ik mijn inspiratie vandaan heb gehaald voor mijn blog een naam te geven. Laat jullie vooral inspireren door de 'Franse proverbes', want persoonlijk vind ik ze heel wat mooier klinken dan de Nederlandstalige.

Tot snel!
Groetjes Caroline